Gastblog - Niet zo sterk zijn

Een stel ouders dat eerder in het Ronald McDonaldhuis had verbleven, stuurde een hart onder de riem aan andere ouders: Een kaarsje met een kaartje, waarop stond “Je weet pas hoe sterk je bent, als sterk zijn je enige keuze is!” Terwijl ik ontroerd en dankbaar met het kadootje in mijn handen stond, keek ik naar de herfst die buiten om het huis joeg. Vijf jaar zorgen voor onze jongste met leukemie schoten door mijn hoofd. Vijf jaar machteloosheid en zorgen schoten door mijn lijf. En op de een of andere manier hikte ik wat aan tegen de woorden ‘sterk zijn als enige keuze’. Als man en als vader draag ik ongemerkt allerlei ideeën in me mee over hoe dat eruit hoort te zien, dat ‘sterk zijn’. Me niet laten kennen, rug recht, het zelf wel aankunnen, dat soort dingen. En juist die ideeën hielpen me het minste toen ik oog in oog kwam te staan met kanker in mijn kind.

In 2015 hoorden we dat onze jongste zoon leukemie had. Met een leukemie-uitzwaai-feestje vierden we in 2017 het einde van de behandeling. En in mei 2020 was de onuitgenodigde gast terug. Toen we dat ontdekten, zeiden mijn vrouw en ik tegen elkaar, tussen de zorgen en tranen door: “Daar gaan we weer. We hebben het een keer eerder gedaan, dus laten we het nog een keer doen.” Niet de tanden op elkaar, maar de schouders eronder. Wat me hielp, wat me werkelijk sterkte, was het onder ogen zien van mijn onmacht en me laten dragen door de mensen in onze omgeving. Zodat ik er werkelijk kon zijn voor mezelf en mijn gezin.

Ik herinnerde me hoe belangrijk en uitdagend de zorg voor onszelf als ouders was en is. Snoepen, Facebook en Netflix zijn voor mij bekende manieren om aan het einde van de dag nog even een moment voor mezelf te vinden. En ik merk steeds dat ze alleen voor de korte termijn rust en troost bieden. Aan het begin van de eerste lockdown in maart was ik opnieuw begonnen met hardlopen, en het lukte me om dat vol te houden. Ik herinner me hoe vaak ik druipend van het zweet de trap oprende in het Maxima, na een rondje hardlopen over landgoed Oostbroek.

En ik appte aan mensen in onze omgeving de vraag om aan ons te denken in wat voor vorm dan ook. Er waren mensen die een kaarsje brandden of een gebedje deden, en anderen kwamen langs om de wc te boenen of even te stofzuigen. Allemaal even welkom. En ik beperkte de ruimte om te luisteren naar de zorgen van anderen dan mijn vrouw en kinderen en zorgde ervoor dat ik zélf voldoende stoom kon afblazen bij mensen die mij konden horen. Waar ik eerder, ongemerkt soms, van harte het leed van de hele wereld op mijn schouders nam (want als er iemand sterk genoeg was om dat te dragen, dan was ik het wel) gaf ik mensen te kennen dat ik voorrang gaf aan ruimte en begrip voor mijn eigen sores. De Amerikaanse psycholoog Susan Silk (link) noemde dat eens een ‘kvetch ordening’ (kvetshn betekent in het Jiddisch ‘vaak klagen’): Rond iemand die extra zorg nodig heeft, ontstaan ringen van mensen die elkaar helpen en horen. Als je zelf zorg geeft, kan het helpen duidelijk te hebben wanneer en waar je je hart uitstort, en wanneer je zelf vooral luistert. In het geval van onze zoon was er een eerste ring van een beperkt aantal mensen om hem heen die er onvoorwaardelijk voor hem was, zoals mijn vrouw en ik. In de ring daarbuiten zaten mensen zoals familieleden en buren. En daarbuiten weer mensen die verder van ons afstonden. Mijn zorg en luisterend oor richtten zich op mijn zoon, niet op mijn buren. En als mijn buren een luisterend oor nodig hadden en tegen mij begonnen over ‘hoe erg het toch allemaal wel niet was’, zorgde ik ervoor dat die gesprekken van korte duur waren. Niet omdat ik hun zorg niet wilde horen, maar omdat ik mijn energie wilde richten op de zorg voor onze jongste.

Toen we laatst terugblikten op het afgelopen jaar (begin oktober is de stamceltransplantatie een jaar geleden) zei onze zoon: “Ik heb eigenlijk een heel fijn jaar gehad.” Die opmerking verbaasde me, en eigenlijk ook niet. Hoe kan een jaar vol pijn nou een fijn jaar zijn? Misschien helpt het dat je ziet dat de mensen om je heen sterk kunnen zijn én verdrietig, voor jou kunnen zorgen én zichzelf, en zich machteloos kunnen voelen en de kracht vinden om bij je te blijven.

 

Steun ons werk

  • Ouders, kinderen, jongeren en
    survivors blijven steunen
  • Werken aan betere zorg en nazorg
  • Kinderen steunen met de Kanjerketting

 

Ontvang als eerste handige tips en informatie

  • Op de hoogte van acties
  • Ontvang het laatste nieuws