- Ouders, kinderen, jongeren en
survivors blijven steunen
Christiaan Schrijft: Geheugensteuntje
Zo’n achthonderd jaar geleden leefde er in het gebied dat we nu Afghanistan noemen een man die zó bevlogen raakte, dat hij de mooiste teksten schreef. Over liefde, over leven, en over hoe hij daarin het goddelijke ervoer.

Van deze Jalaluddin Rumi is de volgende tekst bewaard gebleven:
Dit mens-zijn is een soort herberg
Elke ochtend weer nieuw bezoek.
Een vreugde, een depressie, een benauwdheid,
een flits van inzicht komt,
als een onverwachte gast.
Verwelkom ze! Ontvang ze allemaal gastvrij
zelfs als er een menigte verdriet binnenstormt
die met geweld je hele huisraad kort en klein slaat.
Behandel dan toch elke gast met eerbied.
Misschien komt hij de boel ontruimen
om plaats te maken voor extase…….
De donkere gedachte, schaamte, het venijn,
ontmoet ze bij de voordeur met een brede lach
en vraag ze om erbij te komen zitten.
Wees blij met iedereen die langskomt
Ze zijn stuk voor stuk gestuurd vanuit de hemel
om jou als raadgever te dienen.
Te pas en te onpas schoten deze woorden de afgelopen jaren door mijn hoofd. Zelden in de heftigheid van het moment zelf, maar meestal op stillere momenten. Tijdens een lange autorit, of op een zondagochtend bij de eerste koffie.
Als geheugensteuntje: wat er is, ís er.
Onstilbare zin in patatjes
Een menigte die mijn huis binnenstormt en de boel kort en klein slaat… dat doet me denken aan die dagen waarop Dorje dexamethason slikte. Rode konen en een bolle toet, een emotionele achtbaan en voortdurend honger. Dat hij ’s ochtends om 5 uur rechtop in bed zat, onstilbare zin had in patatjes en dan heel kwaad kon worden als we die niet ogenblikkelijk voor hem gingen maken. Het was soms alsof je met je slaperige hoofd naar de voordeur stommelde en die dan, voordat je er was, werd platgelopen door een horde schreeuwende gasten die naar de keuken rennen terwijl ze je uitfoeteren omdat het eten nog niet klaar is. Ik las in die tijd wel eens de adviezen die vanuit het ziekenhuis aan ouders werden gegeven om deze pittige dexa-dagen door te komen. En hoe belangrijk het zou zijn om toch ook ‘te blijven opvoeden’. Dus niet aan ‘alles’ toe te geven. De raad van Rumi hielp me in die dagen meer: Het beeld van gasten die langskomen hielp me om met wat afstand en mildheid om te gaan met mijn eigen onmacht, boosheid, verdriet en venijn. En het hielp me vervolgens ook aan wat ruimte en mildheid rond emoties die bij Dorje kwamen en gingen. Ik hield mezelf voor dat dat voor mij óók een wezenlijk onderdeel van opvoeden is: dat kinderen ervaren dat zij en hun gevoelens ertoe doen, zélfs als ik niet meega in wat ze vragen.
Ik hield mezelf voor dat dat voor mij óók een wezenlijk onderdeel van opvoeden is: dat kinderen ervaren dat zij en hun gevoelens ertoe doen, zélfs als ik niet meega in wat ze vragen.
Boosheid in de ogen kijken
Nu Dorje ouder wordt, vraag ik me weleens af hoe al dat verwelkomen en accepteren dat mij zo helpt, invloed heeft op hoe hij nú met emoties omgaat. Of het hem dient in zijn volgende levensfase op de middelbare school, en bij moeilijkheden die op zijn pad komen. Of hij ook leert dat emoties signalen en raadgevers zijn, die soms langer blijven hangen dan nodig is. Dat ze dan veel energie kosten en je koelkast leegvreten. Dat het soms helpt om boosheid in de ogen te kijken en dan met een schouderklop weer de deur te wijzen: “Bedankt dat je er was, bedankt voor je raad, en wil je nu het pand weer verlaten misschien?”
Leukemie-uitzwaai-feestje
Toen Dorje na twee jaar aan het eind van zijn behandeling kwam, hielden we een leukemie-uitzwaai-feestje. “Prima dat je er even was, fijn dat je nu weer vertrekt”, dat was de toon. Met een patatkraam op de oprit en vrienden en familie om het einde van de behandeling te vieren, zwaaiden we de leukemie uit. Hij kwam niet terug, maar stuurde 2 jaar later wel een neefje.
De dokter kwam met een bleek gezicht en grote ogen de behandelkamer in om te vertellen dat de bloedwaarden niet goed waren.
Dorje zuchtte even: “Niet wéér…”
We huilden samen.
En accepteerden deze nieuwe gast als een onderdeel van ons leven.
Christiaan Zandt blogt over zijn ervaringen als vader van Dorje (11) die in oktober 2015 en in 2020 werd gediagnosticeerd met Acute Lymfatische Leukemie. Hij herstelt momenteel probleemloos van een stamceltransplantatie. Christiaan woont met zijn vrouw Petra, Dorje en Alan (13) op het Groninger platteland, onder de wilde luchten van het Lauwersmeergebied.